Dit stukje waart over internet.
Helden...
Dit stukje tekst kreeg ik toegestuurd van een familielid. De uiteindelijke bron is onbekend.
GEBOREN VÓÓR 1970: DOORLEZEN!
Na 1970 geboren: VERDWIJN OF VERBAAS JE
Hoe is het mogelijk dat wij als geborenen in de 50-er en 60-er jaren nog leven? Volgens de theorieën anno 2004 zouden we toch al lang dood moeten zijn ?
Wij zaten in auto's zonder veiligheidsstoeltjes, gordels of airbag. Onze bedden en speelgoed waren geschilderd met verf vol lood, cadmium en oplosmiddelen.
Bovenaan de trap was géén hekje; wie te ver ging kukelde naar beneden.
Als je wakker werd in bed hoorde niemand dat. Babyfoons waren er niet en als er écht iets was moest je hard schreeuwen voordat je ouders het merkten, als ze al niet bij de buren waren.
Flessen met gevaarlijke stoffen en apotheekflessen onderin het aanrechtkastje konden we gewoon met onze handjes en beperkte motoriek openen.
Poorten en deuren gingen gewoon open dicht en als je er met je vingers er tussen zat waren ze weg.
Op de fiets zat je achterop met je gat op de bagagedrager en probeerde je je vast te houden aan de schroefveren onder het zadel voor je. Een helm hadden ze nog niet eens op een bromfiets, laat staan op een fiets.
Water dronken we uit de kraan in plaats van bronwater uit een fles.
Brood stond stijf van conserveringsmiddelen en na twee weken was King Corn (“Dag, mam ik ga bij de moeder van Japie eten) nog nét zo vers als in de winkel.
Kleur en smaakstoffen moeten ook toen al bestaan hebben, want zo rood, groen of geel als die limonade (Exota uit het winkeltje) toén was kom je nu zelden nog tegen.
Kauwgom legde je 's avonds op het nachtkastje en stak je 's morgens weer in je mond.
Op school hadden ze maar één maat bank met zo'n heerlijk gevaarlijke klep er aan.
Schoenen waren meestal al ingedragen door broer, zus, neef of zo, en ook je fiets was óf te groot óf te klein.
Een fiets had geen versnellingen en als een band kapot was leerde je vader je zo snel mogelijk om hem zelf te plakken.
We gingen 's morgens weg van huis en we kwamen terug als de straatverlichting aan ging als die er al was.
Niemand wist waar we waren in de tussentijd en we hadden geen GSM mee!
Het bos of een park was een plek om te spelen en géén vieze mannetjesverzamelplek.
Als we naar een vriendje gingen, liep je er gewoon naar toe. Je hoefde niet aan te bellen en ook geen afspraak te maken.
Er ging ook geen volwassene met je mee.
Ook wij aten koekjes, snoepjes en kregen brood met veel boter…… en toch werden we niet dik.
We dronken uit dezelfde fles als onze vrienden en niemand werd er ziek van.
Wij hadden geen Playstation, Nintendo, X-box, 64 televisiezenders, videofilms, surround sound, eigen televisie's, computer of internet. Wij hadden vrienden!
De televisie begon pas om 18.00 uur. Dan kwam een uurtje wat leuks voor kinderen en oh wee als je daarna durfde op te staan om op een knopje van een andere zender in te duwen (die destijds aan het toestel vast zaten). Pa bepaalde wat en hoe lang je daarna nog keek!
We hebben ons gesneden, botten gebroken, tanden uitgevallen en daar werd niemand voor naar de rechter gesleept. Dat waren gewoon 'ongelukjes' en soms kreeg je er thuis ook nog een extra pak slaag voor.
Wij vochten en sloegen elkaar soms groen en blauw en er was geen volwassene die zich er druk over maakte, laat staan een lieveheersbeestje op je jas knoopte.
Pedagogisch verantwoord speelgoed maakten we zelf; met stokken sloegen we naar ballen, we bouwden zeepkisten en merkten onder aan de heuvel dat we de rem vergeten waren.
We voetbalden op straat en alleen wie goed was mocht mee doen (pootje). Wie niet goed genoeg was moest maar blijven kijken en leren omgaan met teleurstellingen.
Op school zaten ook domme kinderen. Zij gingen en kwamen op dezelfde tijd als wij en kregen dezelfde lessen. Zij deden soms een klas nóg een jaar en daarover waren ook geen discussies op ouderavonden. De meester had altijd gelijk.
We smeerden onze boterhammen zelf met een grote mensen mes . Als je de korst niet at had je een beetje meer honger de rest van de dag.
Wij gingen met de fiets naar school, helemaal zelf, ook in de winter!
Als je moeder aan de huisdeur nog naar je zwaaide was je al een watje!
Als je problemen veroorzaakt had waren je ouders het eens met de politie. Ze kwamen wél om je te halen, maar niet om je er uit te lullen.
Onze daden hadden consequenties. Dat was duidelijk en je kon je niet verstoppen.
Wij hadden vrijheid, mislukkingen, succes en verantwoordelijkheid.
We hebben moeten leren er mee om te gaan.
Onze generatie heeft véél mensen voortgebracht die problemen kunnen oplossen, innovatief bezig zijn en daarbij risico's durven nemen en voor de gevolgen instaan.
Hoor jij ook daar bij ? GEFELICITEERD ! WIJ WAREN HELDEN !!!!!!