[Je moet geregistreerd en ingelogd zijn om deze link te kunnen zien.]
Atheïstische discussies hebben psychosociale implicaties die men niet in rekening brengt in de discussie
Zelf heb ik steeds het idee dat atheïsten die in discussie gaan met gelovigen geen idee hebben van wat zij aanrichten omwille van de waarheid. Gelovigen zitten vaak ingebed in een gemeenschap waar allerlei sociale rituelen de orde van de dag of de orde van de week uitmaken. De hele jaarkalender is doordesemd van het beleefde geloof. In sommige geloofsgemeenschappen is elk gebaar een ode aan het geloof. Geloof grijpt in op het diepste van een mens, zijn wereldbeeld en zijn roerselen.
Een atheïst die een lid van zo'n geloofsgemeenschap in een discussie confronteert met simpele logische tegenwerpingen, verwacht ten onrechte dat deze gelovige de atheïstische argumenten enkel op intellectuele merites kan aanvaarden of verwerpen.
De atheïst bekommert zich echter geenszins over het feit dat hij de tot dan toe goed geordende leefwereld van de deze gelovige en diens psyche in complete ravage zal achterlaten door louter 'rede' terug te verwachten.
Wat een schijnbaar onschuldig houding van de atheïst is om de psychosociale implicaties van diens wetenschappelijke argumenten met een gelovige niet mee in rekening te brengen, gebeurt feitelijk vanuit een onrealistische verwachting.
De verwachting dat de gelovige de discussie louter op logische gronden kan beslechten.
Wat een wanorde sluipt er niet in talloze gemeenschappen na een hoogst redelijke confrontatie met een ogenschijnlijk onschuldig argument van een atheïst. Een atheïst die zich verder niet inlaat met de desastreuze pschychosociale gevolgen van diens hoogst onschuldige en hoogst redelijke en wetenschappelijk gefundeerde uitleg der dingen.
Het zal de atheïst verder worst wezen dat er geen therapeutische nabegeleiding is voorzien na het achterlaten van de gelovige met simpele redelijke argumenten, waardoor deze laatste kan verbannen worden door zijn dierbaren wanneer hij zich tot de logica bekeert.
Omdat geheel diens wereld zojuist bijna is overhoop gehaald door een simpele hoogst redelijk klinkend ideetje vanwege een voorbijwandelende atheïst, houdt zo'n gelovige liever vast aan het irrationele dan te kiezen voor de rede.
Liever geordendheid behouden met fantasie, dan verbanning en chaos (met eventueel een depressie) in alle redelijkheid.
Atheïstische discussies hebben psychosociale implicaties die men niet in rekening brengt in de discussie
Zelf heb ik steeds het idee dat atheïsten die in discussie gaan met gelovigen geen idee hebben van wat zij aanrichten omwille van de waarheid. Gelovigen zitten vaak ingebed in een gemeenschap waar allerlei sociale rituelen de orde van de dag of de orde van de week uitmaken. De hele jaarkalender is doordesemd van het beleefde geloof. In sommige geloofsgemeenschappen is elk gebaar een ode aan het geloof. Geloof grijpt in op het diepste van een mens, zijn wereldbeeld en zijn roerselen.
Een atheïst die een lid van zo'n geloofsgemeenschap in een discussie confronteert met simpele logische tegenwerpingen, verwacht ten onrechte dat deze gelovige de atheïstische argumenten enkel op intellectuele merites kan aanvaarden of verwerpen.
De atheïst bekommert zich echter geenszins over het feit dat hij de tot dan toe goed geordende leefwereld van de deze gelovige en diens psyche in complete ravage zal achterlaten door louter 'rede' terug te verwachten.
Wat een schijnbaar onschuldig houding van de atheïst is om de psychosociale implicaties van diens wetenschappelijke argumenten met een gelovige niet mee in rekening te brengen, gebeurt feitelijk vanuit een onrealistische verwachting.
De verwachting dat de gelovige de discussie louter op logische gronden kan beslechten.
Wat een wanorde sluipt er niet in talloze gemeenschappen na een hoogst redelijke confrontatie met een ogenschijnlijk onschuldig argument van een atheïst. Een atheïst die zich verder niet inlaat met de desastreuze pschychosociale gevolgen van diens hoogst onschuldige en hoogst redelijke en wetenschappelijk gefundeerde uitleg der dingen.
Het zal de atheïst verder worst wezen dat er geen therapeutische nabegeleiding is voorzien na het achterlaten van de gelovige met simpele redelijke argumenten, waardoor deze laatste kan verbannen worden door zijn dierbaren wanneer hij zich tot de logica bekeert.
Omdat geheel diens wereld zojuist bijna is overhoop gehaald door een simpele hoogst redelijk klinkend ideetje vanwege een voorbijwandelende atheïst, houdt zo'n gelovige liever vast aan het irrationele dan te kiezen voor de rede.
Liever geordendheid behouden met fantasie, dan verbanning en chaos (met eventueel een depressie) in alle redelijkheid.