Ik denk dat Bodar onderscheid wil maken tussen natuurlijke behoeften en de behoeften die
ongevraagd en met een valse voorstelling van zaken opgedrongen worden.
"Behoeften" zoals eten, kleding, onderdak zijn voor iedereen van levensbelang en zullen dan
ook naar beste vermogen vervuld worden. Onder behoeften die gekweekt worden zou men alle
activiteiten kunnen vermelden zoals die in opvoeding aan de orde komen : het vergaren van
kennis, het vergroten van inzicht, het stimuleren van activiteiten, die dus ieder voor zich op
hun beurt voor een uitbreiding van het wensenpakket zorgen.
Het verschijnsel "luxe" zoals door Bodar genoemd doet zich voor als alle behoeften vervuld zijn
en de mens kennelijk in zijn wensen geen beperkingen meer heeft.
Verder wordt nog het fenomeen "verspilling" aangehaald : mensen die goederen aanschaffen
om hun status , macht en rijkdom te benadrukken; goederen die niet noodzakelijk zijn voor het
primaire levensonderhoud. Van die verspilling wordt door Thorstein Veblen een extreem voor-
beeld aangehaald van steenrijke Amerikanen aan het eind van de negentiende eeuw : een sigaar
aansteken met een biljet van honderd dollar !
Door bezittingen kun je je onderscheiden van anderen. De vraag "wie ben je?" wordt tegenwoordig
vaak beantwoord aan de hand van consumptiepatronen.
In reclames wordt consumptie gekoppeld aan identiteit. De suggestie is, net als in de Romantiek,
dat identiteit maakbaar is: als wat je koopt bepaalt wie je bent, dan kun je kopen wie je bent.
"Zelfstilering" en "lifestyle" zijn de woorden waarmee dit proces wordt aangeduid: met behulp van
kleding, auto’s, sigaretten en parfum is het mogelijk om een beeld van jezelf te scheppen.
Producten als de iPhone en de iPod brengen het streven naar individualiteit zelfs in hun merknaam
tot uitdrukking: de ik-telefoon. De "unieke" lifestyle is immers compleet uitgedokterd door bedrijven.
Zij verkopen niet het product zelf, maar fantasieën, dromen, verlangens en idealen. De aankoop
van een product leidt dus niet tot opheffing van het verlangen, omdat het product zelf niet het
voorwerp van verlangen is, maar dat symboliseert. Zo ontstaat een vicieuze cirkel: verlangen –
kopen – gebruiken – desillusie en teleurstelling – nieuwe verlangens, enzovoort. Colin Campbell
noemt dat de tragiek van de consumptiemens: hij is eeuwig gefrustreerd.
Thorstein Veblen (1857-1929), Amerikaan.
The theory of the leisure class; an economic study of institutions.
Colin Campbell, schrijver
The Romantic Ethic and the Spirit of Modern Consumerism (1987)
(foutje verbeterd)
Laatst aangepast door Caspar op 05.03.10 0:51; in totaal 1 keer bewerkt