Filosofie Kaffee

Lezen is vrij.
Wil je meedoen, wordt dan lid door je te registreren.
Je ontvangt dan een activerings mail.
Je bent volledig lid, als je je lidmaatschap hebt geactiveerd en kunt schrijven als je ingelogd bent.

Word lid van het forum, het is snel en gemakkelijk

Filosofie Kaffee

Lezen is vrij.
Wil je meedoen, wordt dan lid door je te registreren.
Je ontvangt dan een activerings mail.
Je bent volledig lid, als je je lidmaatschap hebt geactiveerd en kunt schrijven als je ingelogd bent.

Filosofie Kaffee

Wilt u reageren op dit bericht? Maak met een paar klikken een account aan of log in om door te gaan.

Gedachtenwisseling over alles wat verwondert.


    Jaap Fischer - Sprookje (over liefde)

    Mariakat
    Mariakat
    Admin


    Jaap Fischer - Sprookje (over liefde) Empty Jaap Fischer - Sprookje (over liefde)

    Bericht  Mariakat 26.01.11 15:41



    Een koning had eens vijf zonen en een prinses
    Zij nu had goudblonde lokken
    en ogen als meren die niet konden jokken
    En ze was de jongste van de zes
    Maar, deze prinses was huwbaar
    Vaak gingen de koning en zijn zonen vroeg op pad
    En dan joegen ze de hele dag
    Terwijl zij thuis te dromen lag en wachtte op
    Ze wist niet wat
    En deed ze een stap naar buiten
    Dan lagen er vreemde prinsen in het gras
    Vreemde prinsen te fluiten
    Die wisten allang hoe laat het was
    De koning zei: ze kon krijgen wat ze bliefde
    Ze kon vrijen met lakeien
    Ja maar, zeiden de zoons, ja, maar dat is geen liefde
    En toen kwamen er drie mannen aan de poort om over liefde te vertellen
    En de eerste was een geleerde, en de tweede was een vreemde snoeshaan
    En de derde was Hans
    En de geleerde mocht beginnen:

    Liefde is minnen
    En samenzijn
    Iets nieuws beginnen, mijn is dijn
    Warm van binnen
    Verlegenheid, samen in zee, geen ach, geen wee
    Maar hola nee, genegenheid
    En liefde is niet houden van
    Je kan van zoveel vrouwen houwen
    Je kan met zoveel vrouwen trouwen
    Als je er wat in ziet
    Maar liefde is dat niet
    Je houdt van kip met appelmoes
    En toen knikte de prinses, want ze hield ontzettend veel
    Van kip met appelmoes
    En toen had de geleerde het over Amor en Caritas
    En wat het verschil daartussen was
    Over Arabij, Eroos en Filia
    Over een diner voor twee met dansen na
    En de prinses was stil en zo luisterde ze
    En toen ze wat mocht vragen fluisterde ze
    En zoenen
    Zoenen staat niet in Koenen, zei de geleerde
    En ging

    En toen mocht de vreemde snoeshaan
    En die zei:
    O, hoe bestaat het dat ik hou van een lelijke vrouw
    Zo lief, zo zacht en toch zo lelijk als de nacht
    Zelfs als ze lacht
    O, hoe bestaat het dat ik hou van een lelijke vrouw
    Ik sluit mijn ogen en haar hand sluit in mijn hand
    Juist zo klein als zij moet zijn, precies zo fijn als zij moet zijn
    Als wijn die je zacht ondermijnt, overmant
    En dan weet ik dat ik hou van een beeldschone vrouw
    Die zon verduistert, meer zingt dan fluistert
    Naar niemand luistert
    O, dan weet ik dat ik hou van een beeldschone vrouw
    Maar als ze langs sjokt als een paard
    Een lelijk paard
    De kop omlaag, de vormeloze dijen
    Die kinderen doet schreien en schichtig springt en jachtig verder jaagt
    Dan oog ik naar de vrouw waarvan ik hou
    Ze komt weerom, ik sluit mijn ogen
    Dat is dom
    Ik weet niet goed wat ik moet doen met deze vrouw
    Waarvan ik hou

    En toen mocht Hans.
    En Hans zei: Ja, ik weet het nog niet
    Maar, het moet een meisje zijn met
    Prachtige kleren en goudblonde lokken
    Met ogen als meren die niet kunnen jokken
    Een mond als van honing en dan weer scherp als een mes
    En hopelijk is haar vader koning en zij dan prinses
    Maar
    Ze moet Liesje heten

    En toen keek de prinses hem aan en zei:
    Ik heet Esmeralda
    Maar zeg maar Liesje


      Het is nu 06.05.24 13:37